vrijdag 21 maart 2025

Kom binnen...

 

Kom binnen!


We beginnen de rondleiding in de gang. Misschien eindigen we de rondleiding daar ook in een laatste blog. De gang kan er zo maar eens heel anders uit zien over een paar maanden. Ik mag dan misschien klaar zijn met verbouwen, na twaalf jaar heb je ook te maken met onderhoud. De gang en trap hebben een onderhoudsbeurtje nodig. 



Met een hond in huis die nogal eens nat binnenkomt en zich heerlijk uitschudt in de gang is het niet vreemd dat dat dat zijn sporen nalaat op de muur. Ik heb nu plannen om een lambrisering met tegels te maken. Dat poetst net wat makkelijker en het past ook wel in een oud huis. 



Ook de trap kan wel een likje verf gebruiken. Eerlijk gezegd had ik gedacht dat na vijf jaar al te moeten doen maar inmiddels zijn we twaalf jaar verder. Ik denk wel eens aan een grijze of zwarte trap maar denk toch dat hij wit blijft. Lekker licht want met name boven komt er weinig licht binnen.

De deur naar de kelder is de enige overgebleven originele deur in huis. De kelder doet dienst als voorraadkast maar er staat ook een box, kinderstoel , trap.. Ideaal die bergruimte. Verder staan er nog spullen die ik maar eens per jaar, of voorlopig niet, nodig heb. Die staan in het gedeelte waar je niet kunt staan en alleen kunt kruipen. Jongste dochter moet er nogal eens aan geloven en kruipt voor mij de kelder in om er iets uit te halen of terug te zetten. 

De lockerkast, ooit aangeschaft bij Ikea, gaat al heel wat jaren mee. In een vorig leven werd hij gebruikt als badkamerkast en ook in dit huis stond hij eerst in de badkamer. Hier in de gang staat hij helemaal op zijn plek en biedt hij ruimte aan jassen, sjaals, mutsen en schoenen. 

Natuurlijk heb ik ook een kapstok voor mijn jassen. Ooit bij een brocante gekocht, liefde op het eerste gezicht hoewel de mosterdgele kleur niet echt mijn kleur was. Toch heb ik hem zo gelaten, hij hoort gewoon zo en ik ben er blij mee. De kleur blijft, ik ga er zelfs rekening mee houden bij het kiezen van de kleur van de wandtegels. 


De mosterdgele kleur komt terug in het Mariabeeldje dat van mijn moeder is geweest. In het vaasje staan droogbloemen uit mijn tuin. Die kom je overal in mijn huis tegen, ook in een vaas naast de locker.


Vooral de uitgebloeide Alliums vind ik prachtig. Ik heb ze in verschillende groottes en ieder jaar komen er weer nieuwe exemplaren bij. Tussen de alliums ’vliegt’ een goudkleurig vredesduifje. Gekocht als kerstversiering maar van mij mag hij het hele jaar blijven hangen.




Bij aankoop van het huis zat aan het eind van de gang (achter de locker) de deur naar de kamer, een glazen deur met een afbeelding van een steigerend paard. Ik heb de deur eruit gehaald en aan een paardenliefhebber gegeven. Het kozijn is blijven zitten en is netjes weggewerkt achter een wandje. In de linkermuur is een nieuwe deuropening gemaakt. Van origine was hier al een deur die ooit eruit is gehaald. Grappig genoeg bepaalde ik nu waar de deur moest komen en dat bleek precies de plek te zijn waar hij ooit had gezeten. Dat konden we zien aan de stenen. De deur vond ik bij een sloopbedrijf, het kozijn werd hierop aangepast en een timmerman maakte voor mij dezelfde deurlijsten als in de rest van het huis. Dat er verschillende deuren in de gang zitten vind ik zelf wel grappig. Het past bij het huis zoals het door de tijd geworden is, een beetje van dit en een beetje van dat.

donderdag 20 februari 2025

Een stukje geschiedenis

Aan het eind van de negentiende, begin twintigste eeuw was de volkshuisvesting in Nederland bedroevend. Overheidsingrijpen was noodzakelijk geworden. De volkshuisvestiging was tot dan toe een particuliere aangelegenheid. In 1901 werd de Woningwet aangenomen die de gemeentebesturen verantwoordelijk maakten voor volkshuisvesting. Ook in Oosterhout was de huisvestingssituatie van de lagere klassen slecht. Het gemeentebestuur van Oosterhout was samengesteld uit de plaatselijke elite, arbeiders en middenstanders waren tot 1907 niet in de gemeenteraad vertegenwoordigd. Door de Eerste Wereldoorlog veranderde deze situatie. De economische situatie verslechterde, er ontstond werkeloosheid en sociale voorzieningen waren er nog niet. In Oosterhout uitte een kleine katholieke arbeidersbeweging veel kritiek: politici en ambtenaren zouden zich bevooroordelen. Er ontstond onrust en in deze tijd greep de Oosterhoutse arbeidersbeweging onder leiding van de jonge kapelaan Leijten haar kansen. Ze werd betrokken bij de uitvoering van, onder andere, de arbeiderswoningbouw. Er was een tekort aan woningen ontstaan. De rijksoverheid stelde huurwetten vast die huurders moesten beschermen en stelde ruimere financiele middelen beschikbaar waarmee corporaties meer mee konden doen. In 1917 kwam in de Oosterhoutse Raad de woningnood voor het eerst expliciet ter sprake. Er werd een commissie opgesteld om de zaak te onderzoeken maar vooralsnog werden er geen pogingen gedaan een corporatie op te richten. Pas twee jaar later, in april 1919, nam de Katholieke Sociale Actie het beluit er een op te richten. Men besloot deze woningbouwstichting de naam te geven van de kortgeleden jong overleden kapelaan Leijten die een voorvechter was geweest van de katholieke arbeidersvereniging. Eind 1919 werd er van vier Oosterhoutse aannemers/architecten het plan van De Vos gekozen. In dit plan stond de bouw van twintig woningen in de Sint Josephstraat. Eind mei 1920 was er eindelijk goedkeuring en kon met de bouw begonnen worden en in september 1920 waren de eerste woningen klaar.
De woningen waren niet aangesloten op waterleiding, gas, riolering of electriciteit. De kwaliteit van de bouw liet te wensen over en er waren al gauw klachten. In de Sint Josephstraat trokken de schoorstenen niet door een constructiefout. Er was ook een huurreglement waar de huurders zich aan moesten houden: Geen kostgangers, geen nering of bedrijf, geen inwoning, geen verkoop van sterke drank, geen duiven houden, geen slaapgelegenheid in de benedenwoning bieden anders dan in de voorkamer. Bij herhaalde dronkenschap, openbare ontucht, of het propageren van een aan godsdienst of staat vijandelijke leer door de hoofdbewoner of een van zijn huisgenoten kon de huur onmiddellijk opgezegd en het gezin verwijderd worden. Al in oktober werd een van de huurders enkele weken na zijn verhuizing uit de woning gezet omdat hij de woning niet netjes bewoonde. Een ander woonde er met zijn zus, wat ook niet mocht. Er zou een man een complete sigarenfabriek in zijn woning hebben en een ander weer een timmerwerkplaatsje in zijn slaapkamer. Daarop werd besloten dat voor bedrijvigheid een vergunning moest worden aangevraagd wat tot huurverhoging zou leiden. Winkels werden helemaal niet geduld. Het bestuur wilde op kosten van de bewoners een bel aan de deur laten aanbrengen maar de bewoners lieten weten geen bel te willen. Wel wilden ze hun muren behangen maar dat mocht niet. Wel mochten de bewoners de planken vloeren verven en de muren mat oliën. In 1922 werden de woningen aangesloten op de riolering. In 1930 werden alle woningen op het electriciteitsnet aangesloten. Inmiddels kampte de woningbouwvereniging met financiële problemen en werd Woningbouwvereniging Leijten na een kort bestaan in 1939 officieel opgeheven. In 1935 had de gemeente het financiële en materiële beheer overgenomen. Per 1 januari 1936 werden de woningen ingebracht in het nieuw opgerichte Gemeentelijk Woonbedrijf.
In 1969 is een eerste, sobere renovatie uitgevoerd. Voor het eerst kwamen er douches en de ouderwetse poepdozen werden vervangen door moderne toiletten. De laatste varkenshokken (tot die tijd hielden mensen varkens, kippen en andere dieren) in de diepe achtertuinen werden verwijderd. 

In 1977 wordt de Woningbouwvereniging Leijten omgevormd tot een Gemeentelijke Bouwstichting. Deze renoveert de huizen nog eens in 1986 onder toezicht van de Nationale Woningraad. Er is sprake van houtrot, optrekkend vocht en de dakpannen moeten vervangen worden. Kromgetrokken deuren worden vervangen, er zijn stalen overzetkozijnen geplaatst en hang- en sluitwerk vernieuwd. 

Tijdens de renovaties zijn de roedeverdeling in de vensters en paneeldeuren verdwenen en ook de dakkapellen zijn verwijderd en vervangen door dakramen.

Het beleid van de woningbouwstichting was erop gericht de woningen in stand te houden totdat er genoeg (financiële) ruimte zou komen om de woningen te slopen en te vervangen door nieuwbouw. Zover is het niet gekomen. In 1995 is de gemeente Oosterhout begonnen met het samenstellen van een gemeentelijke monumentenlijst. De woningen in de Sint Josephstraat werden hiervoor geselecteerd. De woningbouw was het hier niet mee eens. Zij wilden de woningen slopen en een nieuw plan ontwikkelen. "De vloeren zijn verrot en verzakt, de woningen hebben steens muren waar niet veel mee te beginnen is", aldus de woordvoerder. 

 De conclusies zijn: 
1.    De Sint Josephstraat is typologisch een unieke straat, waarvan er in Oosterhout geen ander voorbeeld is. 
2.    In de architectuur komen de invloeden van de traditionele architectuur tot uiting. 
3.    De woningen zijn een voorbeeld van de sociale woningbouwpolitiek van direct na de Eerste Wereldoorlog.
4.    De woningen zijn de enige exponent van het maatschappelijk denken uit de jaren 20 van de vorige eeuw en kunnen gezien worden als verstening van een ideaal beeld in de huisvesting van inwoners.
5.    De woningen spelen een belangrijke rol in de Oosterhoutse samenleving.
6.    De stedenbouwkundige opzet van de straat is dezelfde als de planvorming. De situering van de achtertuinen weerspiegelt nog de authentieke verkavelingsinrichting en de eigendomsverhoudingen.
7.    Het aantal woningen is dezelfde als de destijds afgegeven vergunning.
8.    De woningen hebben nog steeds eenn eigenaar, hetgeen een gelijkvormig beheer bevordert.

Slotconclusie: 
De bebouwing aan de Sint Josephstraat komt in aanmerking voor aanwijzing als gemeentelijk monument en registratie op de gemeentelijke monumentenlijst. 

Aldus geschiede hoewel de woningbouwvereniging de woningen is gaan verkopen en er dus geen sprake meer is van slechts één eigenaar. Renovaties worden door de nieuwe eigenaars volop uitgevoerd. Niet zo vreemd na bovenstaande gelezen te hebben en je toch eigentijds woning-comfort wilt...



donderdag 23 januari 2025

Jans' huis

23 Januari 2013 kreeg ik de sleutels van mijn huisje waar nog het nodige aan moest gebeuren. 12 Jaar geleden alweer! Wat is er een hoop gebeurd en wat ben ik blij met mijn huisje hoe het geworden is. Niet alles wat ik zou willen is gedaan. Ik moest (en moet) rekening houden met een beperkt budget en een beperkt lijf maar ik heb gedaan wat kon en wanneer het kon. Goed is goed.
30 Januari 2016 begon ik met het schrijven van dit blog. Ik had veel te vertellen want er gebeurde veel. Alle plekken in huis hebben een metamorfose gehad. De laatste jaren veranderde dat. Mijn huisje kwam steeds verder af en ik schreef steeds minder. Nu bestaat mijn blog al bijna 10 jaar en dat lijkt mij een mooi moment om na dit jaar te stoppen met dit blog. Dit laatste jaar ga ik proberen iedere maand een blog te schrijven en nog één keer mijn hele huis en tuin en alle klussen de revue te laten passeren.
Deze keer blik nog even terug naar het feestelijke moment op januari 2023: de sleutels van dit huisje voor mij en mijn twee lieve dochters en hond Dorus! Kaal en koud was het maar het voelde warm met al die geweldige klussende vrienden en familie!
Wat een kale bende was het! Geen verwarming, geen keuken, geen badkamer. Nou vooruit: er hing een gammele douchekop aan de muur en er was water maar dat was alles. Toch heb ik er nog onder gestaan van april (toen ben ik er al gaan "wonen") tot september (toen was mijn badkamer klaar). De keuken bestond uit een eenvoudig aanrecht met gootsteen, 3 kastjes en twee bovenkastjes. Een gedeelte gebruik ik overigens nog steeds in mijn bijkeuken. Boven was overal het plafond afgetimmerd en gewit dus dat was te doen maar de vloeren wanden hadden wel wat aandacht nodig om het zachtjes uit te drukken. En allemaal enkel steens muurtjes en enkel glas. Koud dat het was!! Het eerste wat ik heb laten doen was centrale verwarming aanleggen en toen kon ik zelf aan de slag.
Tja, als ik terug kijk vraag ik me wel eens af hoe ik het allemaal heb kunnen doen. Ik had nauwelijks budget dus kon de dingen niet groots aanpakken. Het huis was voorheen van de woningbouwstichting en voor mij hadden er ook mensen in gewoond dus, zo dacht ik, je kunt er in wonen en alles wat ik kan doen met mijn twee handen en die van mijn helpende vrienden en familie is meegenomen. En zo ben ik stap voor stap aan de slag gegaan en een heel eind gekomen.